Bij de kaart:

1. Boerderijweg. Windpark Neer – 5 turbines à 4x Enercon E86 uit 2012 en 1x Enercon E96, gebouwd in 2015. Dit is de eerste Zuidenwindturbine (as 100 m, rotor 96 m- De Coöperwiek, gebouwd met hulp van Windvogel en Meerwind

2. Windpark Egchelse Heide – vijf turbines
o Is nu in aanbouw, oplevering medio 2021. Wordt gebouwd door o.a. Peel Energie, lid van collectief om | nieuwe energie

3. Heibloem – verlenging van windpark Neer (zie foto) 2 x Nordex 149 op as hoogte 125 m . 100 % in eigendom van Zuidenwind

4. Kookepan – 3 x Enercon windcoöperatie Leudal Energie = 100 % coöperatief Leudal Energie. Leudal is lid van om | nieuwe energie

5. Ospeldijk 4x Nordex 149 op 135 m as
o 2 van Coöperatie Zuidenwind (geheel zelfstandig te exploiteren = eigen aansluiting op het net)
o 2 van WML waterleiding Mij Limburg. Oplevering in juni 2021

6. Grijze Heide initiatief van Weert Energie, 3 molens
o   Oplevering in 2022. Weert Energie is lid van om | nieuwe energie – maar werkt hier samen met Eneco

  • Windparken in Midden-Limburg

‘De wind is van ons allemaal’

Kunnen Amsterdamse voor- en tegenstanders van windmolens op land iets leren van andere windmolenprojecten elders in Nederland? Een vraag voor Andres Bauer, bestuurslid van coöperatie Zuidenwind en een aantal andere windcoöperaties, en omgevingsmanager van vier molens die deze weken in Ospeldijk komen te staan. En met Albert Jansen, secretaris van Zuidenwind.

Nee, Amsterdam en Ospeldijk zijn niet hetzelfde. In Ospeldijk, gemeente Nederweert, is de omgeving veel minder verstedelijkt. Het ligt in de Peel, aan de Limburgse kant van de provinciegrens met Brabant, ruwweg tussen Weert en Venlo. In dit gebied staan nu twee actieve windmolenparken, maar meerdere worden nu gebouwd. Van een deel van de molens zijn bewonerscoöperaties eigenaar, andere zijn neergezet door commerciële partijen. Bewoners kennen inmiddels het verschil. Van de coöperatieve windmolens kunnen ze mede-eigenaar zijn, over de commerciële windmolens hebben ze niets te zeggen. Albert Jansen: “Naast het dorp Heibloem, ten oosten van Nederweert, staat Windpark Neer, gebouwd in 2012. In Windpark Neer hebben wij in 2015 de vijfde turbine gebouwd (de middelste), de Coöperwiek. Dat is de enige coöperatieve molen en de eerste die Zuidenwind heeft neergezet. De overige vier zijn inmiddels verkocht aan Mitsubishi. Duidelijker kon voor de omgeving niet worden wat het verschil is tussen coöperatief bezit en een commerciële eigenaar. In het verlengde van deze vijf hebben we vervolgens twee hogere windmolens neergezet, en die twee vormen samen Windpark Heibloem. Heibloem is gereed gekomen in 2020. Momenteel zijn we bezig met het windpark iets ten noorden van Heibloem, in Ospeldijk. Dit park wordt in september van dit jaar opgeleverd. De vier molens worden nu gebouwd, twee voor de coöperatief gebruik, en twee voor het Waterleidingbedrijf Limburg.” Zuidenwind heeft zo’n achthonderd leden, die veelal zelf wat geld hebben ingelegd om de windmolens te kunnen bouwen.

Om het nog ingewikkelder maken is naast het dorpje Heibloem nog een ander windpark in aanbouw, de Egchelse Heide, eigendom van Aelmans projectontwikkeling, Green Trust Consultancy en enkele boerenbedrijven. Hiernaast zijn er in de iets wijdere omgeving windparken in de planning.

Andreas Bauer

Andres Bauer

Lekker makkelijk, windmolens neerzetten in het buitengebied, want daar woont toch niemand. Andres Bauer is het hier niet mee eens: “Bij ons in de buurt wonen ook een heleboel mensen en die hebben allemaal een mening. Zij willen ook een fijne woonomgeving. Het maakt niet uit of je in een Amsterdamse woonboot woont of in een boerderijtje in Midden-Limburg: iedereen wil gerieflijk wonen en prettig in de omgeving kunnen vertoeven.” De systematiek en de mechanismen om tot een goede inpassing van windmolens te komen zijn hetzelfde, in Limburg en in Amsterdam, benadrukt hij.

Eigenaarschap

Coöperatie Zuidenwind bestaat sinds 2011. De coöperatie is betrokken geweest bij drie projecten in de omgeving, die zonder bezwaar neergezet werden of op dit moment worden gebouwd. Waarom heeft Zuidenwind de afgelopen jaren met zoveel succes en zo weinig tegenstand windmolens kunnen bouwen? Het gaat om een combinatie van factoren, en taalgebruik speelt een rol. Andres Bauer: “Je moet het samen met omwonenden doen. Wij hebben geleerd hoe je samen met de omgeving windenergie ontwikkelt. Om te beginnen spreken wij niet van participatie, maar van ‘eigenaarschap’.  Participatie, wat is dat voor een lege term? Niemand begrijpt wat je bedoelt. Mede-eigenaar zijn, dat snapt iedereen onmiddellijk.  Mee-ondernemen. Kunnen meebeslissen. Zeggenschap hebben, als lid van de coöperatie.”
“Heel belangrijk is om eerlijk te zijn en te zeggen dat het onvermijdelijk is. Windenergie is onvermijdelijk, en de windturbines moeten ergens komen. Zij zijn consequenties van het Verdrag van Parijs, Europees beleid en Nederlands landelijk beleid. De vraag is niet of er windmolens komen, maar waar ze komen en welke afspraken je hierover kunt maken. Het gaat om vertrouwen. Als je elkaar vertrouwt, kun je het ook oneens zijn met elkaar én er met elkaar uitkomen. Draagvlak, ook zo’n woord. Draagvlak is eigenlijk het tegenovergestelde van vertrouwen. Maar aan het vertrouwen moet je wel werken.”

De wind, benadrukt Bauer, is van ons allemaal. “Je moet de wind beschouwen als een bron die je samen kunt délen. Je moet je je wind niet laten ontnemen door de grote energiebedrijven. Er ontstonden plannen om in Holtum-Noord, in de gemeente Sittard-Geleen, een windpark te ontwikkelen. 12 jaar lang liepen mensen ertegen te hoop, maar het eind van het liedje was dat het toch door gaat en dat ENGIE het gaat exploiteren, zonder ook maar één keer met de buurt te praten. Nu komen de demonstranten naar ons toe en vragen ze ons om hulp. Maar het is te laat, nu kun je niet meer met een coöperatie ontwikkelen en een omgevingsfonds instellen. Ze hadden eigenaren kunnen zijn, maar ze dachten dat ze het wel tegen konden houden. Nee.”

Geen cash geld

Het bestuur van Zuidenwind. Links Andres Bauer, tweede van rechts Albert Jansen

Albert Jansen: “We hebben als Zuidenwind een project overgenomen dat een commerciële exploitant was gestart. Die had de eigenaren van de grond geld beloofd: vierhonderd euro hier, vijfhonderd euro daar. Het is hier een andere situatie dan in Amsterdam, waar de gemeente de grote grondeigenaar is. Boeren bezitten zelf percelen landbouwgrond. Maar de ontwikkelaar was niet met de grondeigenaren samen om de tafel gaan zitten; hij had de gesprekken op individuele basis gevoerd. Wij namen het project over, als Zuidenwind. Het eerste wat wij zeiden was: we gaan met zijn allen bij elkaar komen en alles openlijk bespreken. Transparantie, zodat iedereen weet waar hij aan toe is. Maar ook: wij betalen geen cash geld. We willen gezamenlijke ontwikkelingen steunen waar iedereen in de omgeving baat bij heeft, dus zeg maar, wat hebben jullie nodig. Het bleek dat de boerenbedrijven in de omgeving last hadden van een slechte internetverbinding. Toen hebben we gezamenlijk een internetcoöperatie opgericht. Wij hebben het met Reggefiber geregeld, die glasvezelinternet aanlegt, en die heeft goed internet geïnstalleerd. In mei hadden we ons eerste gesprek, in oktober kwam de glasvezelkabel uit de muur. Dat zorgde voor vertrouwen. Wij bleken te doen wat we beloofden.” Andres Bauer: “Belangrijk punt: geen geldsommen beloven, maar inzetten op ontwikkelingsdynamiek. Wat heeft een gebied nodig? Hier is het buurtcentrum opgeknapt, heeft het verenigingsleven een impuls gekregen. In Amsterdam ontbreekt het bewoners aan heel andere dingen dan in het landelijk gebied, dat snap ik ook wel. Maar de revenuen kunnen ook in Amsterdam heel goed terecht komen.”

Albert Jansen: ‘’In Heibloem, ten zuiden van Ospeldijk, hebben wij drie molens in eigendom, de Coöperwiek en Windpark Heibloem. In de omgeving rijdt een wensbus, die je als bewoner thuis kan bestellen als je zelf geen vervoer hebt en ergens naartoe wil. Maar er is niet voldoende geld voor. We zijn nu bezig te organiseren dat de exploitatie van deze bus uit het omgevingsfonds van de molens in Heibloem wordt betaald. Wat bleek: de bewoners hadden er last van dat de bus wel naar Weert reed, maar niet naar Helmond mocht. Helmond ligt immers in Brabant, in een andere provincie, en dat kan niet, vanwege subsidieregels. Terwijl er natuurlijk best regelmatig iemand in Helmond moet zijn. Hierover kunnen wij afspraken maken, als leden van de coöperatie. Als het omgevingsfonds van de windmolen voor de bus betaalt, kan het omgevingsfonds besluiten dat hij ook naar Helmond mag rijden. Of waar dan ook heen. Zo voegt de windmolen kwaliteit toe.”

Voedselbos

Kwaliteit is ook een factor in de ruimtelijke inpassing van de Coöperwiek in Windpark Neer en de twee molens van Windpark Heibloem. Een architect berekende wat de juiste plek zou zijn om een rustig beeld te creëren. De nieuwe molens zijn hoger, maar dat zie je nauwelijks. Rondom de molens komt heide en brem, en in een strook langs het perceel, van 20 X 200 meter, wordt een windsingel aangelegd, een voedselbos. Het voedselbos zorgt voor meer biodiversiteit in de omgeving. “Mensen zijn soms bang dat de vogels zich te pletter vliegen tegen de windmolens. Maar de molens zijn zo hoog dat de zangvogels en de weidevogels onder de wieken blijven. Roofvogels vliegen trouwens wel op die hoogte, de buizerd en de kiekendief. De zangvogels en de weidevogels kunnen zich tegoed doen aan het bos, net als de mensen die er in de buurt wonen.”

Tips voor Amsterdam? Andres Bauer: “Je moet vragen: wilt u met ons ondernemen? Geef eigenaarschap van het proces en eigenaarschap van de assets, van de molens. Wees transparant en eerlijk. En pak door, zodat mensen ook kunnen zien dat er voortgang wordt geboekt.”

Wat is nu het geheim? Bauer: “Geen enkele ontwikkelaar heeft wat ik heb, een lokaal netwerk. Iedereen kent me. Iedereen weet waar ik woon, waar ik boodschappen doe. Iedereen weet dat ik van de windmolens ben. Mijn kinderen zitten in de klas bij hun kinderen. Ik ga niet weg. Ik blijf hier wonen, ook nadat de molens geplaatst zijn. Dat maakt een enorm verschil voor het vertrouwen.”

Verder kijken, lezen, luisteren:

https://www.rtvnoord.nl/nieuws/205623/Turbulente-Tijden-4-Hoe-je-mensen-wel-blij-kunt-maken-met-windmolens (podcastserie over windenergie, waarin de verslaggever een bezoek brengt aan Heibloem en o.a. met Albert Jansen praat)

https://www.rtvdrenthe.nl/nieuws/138205/Limburgs-recept-voor-acceptatie-windmolens-laat-bevolking-het-zelf-doen (reportage waarin Andres Bauer aan het woord komt)

https://www.newecoop.nl/over-ons/onze-mensen/ (coöperatie in Nederweert,  met Andres Bauer)

https://www.zuidenwind.org/ (Ook om een excursie te boeken naar de Coöperwiek)